Opinie

Bob van Limburg

Reacties op dit artikel naar: bobvanlimburg@gmail.com

Het brein zelf is blind

Een aantal wetenschappers heeft het (hoger) onderwijs flink beïnvloed. De Russische psycholoog Lev Vygotsky is er daar een van. In zijn onvoltooide werk speelt de relatie tussen mensen en de rol van communicatieprocessen bij de opvoeding en het onderwijs een centrale rol.

Lev Vygotsky werd in 1896 in Wit Rusland geboren en behaalde in 1917 het rechtendiploma, waarna hij zich in 1924 verbond aan het Instituut voor Psychologie in Moskou. Na zijn proefschrift The Psychology of Art trad hij toe tot een invloedrijk netwerk van psychologen, medische specialisten en wetenschappers die zich bezighielden met het brein en gedrag.


Twee domeinen
In zijn publicaties benadrukte Vygotsky de rol van historische, culturele en sociale factoren in de cognitieve ontwikkeling en beschreef hij dat de taal het belangrijkste symbolische hulpmiddel is dat door cultuuroverdracht wordt verstrekt. In 1926 kreeg hij tuberculose, waar hij acht jaar later, amper 37 jaar oud, aan overleed. Mede gezien die jonge leeftijd is er eigenlijk geen sprake van een ‘Vygotsky-theorie’, maar beslaat zijn intellectuele erfenis grofweg twee domeinen: 1) taalontwikkeling, met accent op de relatie relatie tussen, denken, taal en schrift, en 2) de Zone van de Naaste Ontwikkeling (ZNO), ook wel gezien als de ‘sleutel tot het leren’. Daarnaast hechtte Vygotsky ook veel waarde aan de socialiserende functies van spel. Hij betoogde dat kinderen door te spelen culturele normen, sociale rollen en interpersoonlijke vaardigheden internaliseren waarbij ze zich door hulp van ouderen een bepaalde cultuur (sociale regels, normen en waarden) eigen maken (socialisatie).


Complexiteit

Wetenschap ontwikkelt zich niet continu, maar schoksgewijs (Kuhn, 1979). Plotseling realiseren we ons dat het huidige paradigma niet meer genoeg is en merken we dat elk antwoord op een vraag weer nieuwe vragen oproept. Vraagstukken over bijvoorbeeld klimaatverandering, het fileprobleem en prijzen op de huizenmarkt ontwikkelen zich veel sneller dan gedacht; er is sprake van complexiteit en een nieuwe generatieve bottom up-benadering van wetenschap in plaats van de meer traditionele reductionistische benadering van wetenschap. Volgens Vygotsky was een radicaal andere benadering nodig om complexe causaliteiten te begrijpen: “The complex reactions must be studied as a living process.”

De fundering voor het nieuwe werken en leren is gestoeld op een nieuwe manier van denken over de processen van leren en ontwikkelen via interactie. Het laat de mogelijkheid zien van versnelling en sprongen maken in het leren in interactie. Deze theorie vormt de wetenschappelijke basis van modern onderwijs. Het is genoegzaam bekend dat studenten leren van medestudenten en dat studenten snel kunnen leren door het onderwijzen van andere studenten (Gartner e.a., 1971). Studenten kunnen elkaarbootstrappenbinnen het onderwijs, zeker in kleine communities van maximaal acht personen. Hetzelfde geldt ook in relaties tussen leidinggevenden en medewerkers onderling. To bootstrap betekent zoveel als ‘opbouwen’, maar ook ‘zelfstarten’, en vooral met deze laatste vertaling kunnen we veel. Mensen in interactie kunnen hun proces van leren en ontwikkelen versnellen en kunnen ook hun eigen procesbootstrappen; de docent leert ook mee, ook wel aangeduid met het ‘Comenius effect’: “He who teaches others, teaches himself” (Gartneretal., 1971, pp. 14-15;Jörg, 2016). Vygotsky had hier ook oog voor; hij noemde dit het kind dat meester werd van zijn eigen leerproces.