Praktisch Artikel

Sofie Moresi
Michel Duinkerke
Petra Swennenhuis

Miranda Snoeren

Moresi is senior-onderzoeker bij Fontys Sporthogeschool en coördinator van Partnerships Sportkunde. Duinkerke is opleidingsmanager en onderzoeker bij Fontys Mens en Gezondheid. Swennenhuis is senior-onderzoeker bij Fontys Pedagogiek en betrokken bij de centra van Pedagogische Innovatie. Snoeren is programmaleider zorginnovatiecentra en projectleider van het WIN-project bij Fontys Mens en Gezondheid. De auteurs werken lerend en onderzoekend samen in het WIN-project van Fontys Hogescholen.


Meer informatie over dit artikel: s.moresi@fontys.nl of www.fontys.nl/professionelewerkplaatsen/

Professionele werkplaatsen:
lerend en onderzoekend samenwerken

Inhoud

_Samenvatting

_Inleiding

_Onderzoek naar professionele werkplaatsen: WIN-project

_Definitie en kenmerken van professionele werkplaatsen

_Het model LOS in professionele werkplaatsen

_Conclusie en vervolgonderzoekes


Box 1: WIN-project

Box 2: Definitie en voorbeelden van professionele werkplaatsen
Box 3: De negen kenmerken van professionele werkplaatsen

Box 4: Model lerend en onderzoekend samenwerken in professionele werkplaatsen


Samenvatting
Fontys Hogescholen investeert in de ontwikkeling van professionele werkplaatsen. Deze omvatten een duurzame, intersectorale samenwerking tussen minimaal één publieke organisatie en een hoger onderwijsinstelling. Het doel ervan is continue ontwikkeling van de beroepspraktijk. Centraal hierbij staat het lerend en onderzoekend samenwerken van alle betrokkenen in de samenwerking. In dit artikel worden professionele werkplaatsen (PW’s) toegelicht en wordt een eerste inkijk gegeven in de werkzame elementen van deze samenwerkingen.


Inleiding

Het ontwikkelen van hybride leeromgevingen is een onderwijsvernieuwing die binnen meerderehogescholen waar te nemen is (Huisman et al., 2010). Binnen dergelijke omgevingen op het grensvlak van opleiding en beroepspraktijk werken studenten aan uitdagende en maatschappelijke vraagstukken, wat het leren van studenten verrijkt (Bakker et al., 2016; Vink et al, 2017).
Ook binnen Fontys vraagt het werken aan maatschappelijke, complexe vraagstukken (Klijn, 2008) om intersectorale samenwerking tussen overheden, bedrijfsleven en onderwijsinstellingen. De laatste jaren kent Fontys een diversiteit aan deze leeromgevingen: social labs (Thunnissen & Custers, 2017), de leeromgevingen op Strijp TQ, de Automotive Campus, Brainport Industries Campus (BIC) en PW’s. Deze laatste zijn omgevingen die fysiek gesitueerd binnen de beroepspraktijk waar professionals, studenten, docenten/onderzoekers en cliënten/eindgebruikers samenwerken in opleiden, innovatie en onderzoek (Welmers, 2016). Binnen deze omgevingen staat niet het leren van studenten centraal,maar zijn studenten en hun leerproces een katalysator voor praktijkvernieuwing. Dit maakt deze interorganisatorische samenwerking tussen beroepsorganisaties en hoger onderwijsinstellingen tot een complex fenomeen, dat vraagt om bekeken te worden vanuit een dynamisch systeem (Bryson, 2015).
In dit artikel worden PW’s gedefinieerd en worden de elementen en processen die centraal staan binnen een PW nader toegelicht.


Onderzoek naar professionele werkplaatsen: WIN-project

PW’s hebben het potentieel bij te dragen aan de ontwikkeling van betrokkenen, de verbetering van het curriculum en de beroepspraktijk. Fontys doet onderzoek naar hoe en waardoor het potentieel van PW’s tot hun recht komen om op basis daarvan een instrumentarium te ontwikkelen dat betrokkenen in staat stelt PW’s en vergelijkbare leeromgevingen te evalueren en te verbeteren. In dit kader is het WIN-project gestart, waarbij WIN staat voor Werkplaats INstrumentarium (zie box 1). Het doel hiervan is om inzicht te vergroten in het concept van PW’s, in de werkzame elementen van een PW, alsook in de (samenwerkings)processen die de kwaliteit van PW’s beïnvloeden (fase 1 en 2). Deze inzichten resulteren in een theoretisch model dat vervolgens input levert voor het ontwikkelen en toetsen van een instrumentarium dat betrokkenen in staat stelt de kwaliteit van de PW te evalueren en te verbeteren (fase 3 en 4, die gepland staan in 2020 en 2021). Tot slot is er binnen het project ook veel aandacht voor kennisdeling en valorisatie met alle betrokken stakeholders (student, professionals van de opleiding en het werkveld, en cliënten).


BOX 1: WIN-PROJECT